Er zijn twee orgels uit Flaes’ laatste levensjaren bekend, die oorspronkelijk vrijwel identiek zijn. Opvallend is dat beiden van een neogotisch front zijn voorzien. Het betreft de orgels, gebouwd voor de Doopsgezinde kerk in Middenbeemster en een tweede instrument dat sinds 1908 in de Hervormde kerk in Hiaure staat.
Herkomst van het Hiaurer Flaes-orgel
De geschiedenis van het instrument in Hiaure is met raadsels omgeven. We kunnen het zeker toeschrijven aan Pieter
Flaes omdat het front vrijwel identiek is aan dat van het orgel van
Middenbeemster. Ook het pijpwerk, windlade, voorslagen en
voorslagbevestigingen, registernaamplaatjes, windkanaal en dergelijke zijn
zoals bij Flaes gebruikelijk. Ook zien we de kenmerkende brede pedaaltoetsen "van taai eikenhout", zoals dat in zijn contracten altijd staat. Desondanks is het opvallend dat op beide orgels
de naam van het bedrijf ontbreekt, terwijl de naam normaal gesproken altijd op de lijst voor het klavier staat! Waarom bij deze orgels niet?
Flaes heeft het orgel te Hiaure zeker niet
voor die kerk gebouwd, omdat het daar op 5 juli 1908 in gebruik is genomen. Een
herinneringsbord op een van de zijwanden van de orgelkas vermeldt dat. Enkele
inwoners uit de omgeving geven als renteloos voorschot het vereiste
aankoopbedrag van fl 477,86 ½.
Hervormde kerk(en) te Aarlanderveen
Uit het archief van de firma M. Vermeulen
te Woerden blijkt dat dit bedrijf het instrument in Hiaure heeft geplaatst en
de navolgende jaren het orgel heeft gestemd. Waarschijnlijk staat in het
bedrijfsarchief van Vermeulen dat het orgel uit Aarlanderveen komt. Aangezien
Vermeulen sinds minstens 1905 erg actief is in de handel van tweedehands orgels
in zowel Zuid-Holland als het noorden van ons land, is dat heel aannemelijk. Bovendien vermeldt Tijdschrift Het Orgel in april 1887: “Te Aarlanderveen is
een klein orgel in de Herv. Kerk geplaatst, vervaardigd door den heer Flaes, te
Amsterdam”. Mogelijk gaat het
om het voormalig koetshuis van notaris Van de Lee, aangezien de hervormden daar
kerkdiensten beleggen sinds januari 1887 het grootste deel van de gemeente zich
heeft afgescheiden en mee is gegaan met de landelijke Doleantie. De Dolerenden
gebruiken de oude dorpskerk, waar van 1808 tot 1904 hetzelfde orgel staat. De circa
3,5 meter hoge orgelkas kan in het koetshuis gepast hebben, mits het op de
begane grond gestaan heeft.
Het is wel merkwaardig dat de kleine groep hervormden een orgel wil, terwijl zij uitgaan van een tijdelijke situatie. In juni 1888 krijgen zij inderdaad de dorpskerk weer terug, de Dolerenden bouwen een nieuwe kerk. Het is onduidelijk waarom de hervormden niet alleen in de tweede helft van 1887 maar ook in de periode juli-september 1888 een harmonium hebben gehuurd. Als Flaes het orgel in het Aarlanderveense koetshuis heeft geplaatst, dan is onbekend waar het orgel zich bevindt tussen 1888 en 1908.
(Niet) op voorraad
De fronten van Hiaure en Middenbeemster
zijn opvallend. In elk geval de Doopsgezinde kerk in Middenbeemster is beslist
geen kerk in neogotische stijl en dat geldt ook voor het koetshuis. Jongepier
suggereert dat Flaes deze twee orgels op voorraad gebouwd heeft (evenals het
orgel in Tricht in 1887) en daarbij eventueel de fronten van elders heeft
betrokken.
Ik acht het in elk geval niet aannemelijk dat in het orgel van Middenbeemster op voorraad heeft gestaan; op 26 september 1886 besluit de Doopsgezinde kerkenraad van Middembeester om een pijporgel aan te schaffen. In de navolgende maanden bestellen de hervormde kerkvoogden in Tricht een (al gebouwd) orgel, dat in een tijdsbestek van nauwelijks drie maanden wordt opgebouwd. De winterperiode vormt kennelijk geen belemmering. In tegenstelling daartoe moet de Doopsgezinde gemeente van Middenbeemster wel die gehele winterperiode wachten en pas negen maanden na het kerkenraadsbesluit start de opbouw in de Middenbeemster’ kerk. Voor een op voorraad staand instrument zou zo’n levertijd niet nodig zijn geweest! Op 13 juni 1887, “ongeveer te half vijf werden de benoodigdheden voor de samenstelling van ons orgel op zes wagens geladen, hier aangevoerd en werd er terstond met den bouw op bouwerven een begin gemaakt.”
Drie dagen later is de “in elkander zetting” van het Middenbeemster' orgel al klaar, ruim twee weken later van 28 juni tot 1 juli, stemt (intoneert?)
Pieter Flaes het instrument. En op 24 juli 1887 wordt het orgel ’s morgens
feestelijk in gebruik genomen. ’s Middags geeft de heer Springer uit Amsterdam
een concert.“Het instrument, vervaardigd door
den Heer P. Flaes, wordt zeer geroemd." Tijdschrift Het Orgel volstaat met de vermelding “In de Doopsgezinde
Kerk te Beemster is 24 juli het nieuwe orgel ingewijd.”
Het front in Middembeemster
Bestelde fronten?
Het front van het orgel in Middenbeemster is
iets eenvoudiger dan dat in Hiaure. Zo ontbreken de versieringen op de twee
buitenste frontpunten. De detaillering bovenin de fronten wijkt ook iets af
en de versieringen op de stijlen tussen
de pijpvelden zijn eenvoudiger. In Hiaure is een versiering bij de pijpvoeten
van de frontpijpen aanwezig, in Middenbeemster niet. Met Jongepier ben ik wel
het eens dat beide van elders besteld kunnen zijn, omdat Flaes nooit eerder in
zijn oeuvre neogotische fronten heeft ontworpen, als het kerkinterieur niet in
die stijl was ingericht. Anderzijds lijken de fronten verkleinde weergaven van
het 1871 gebouwde neogotische orgelfront in de Remonstrantse kerk in Gouda.
Naar de reden van een eventuele frontbestelling bij een toeleverancier moeten
we dan ook gissen. Flaes is weliswaar op leeftijd, maar voor zover bekend niet
ziek, voor hij in juni 1889 onverwacht overlijdt. Evenzo is het een raadsel
waarom Flaes bij deze orgels niet het kenmerkende naamplaatje bij het klavier
heeft aangebracht.
Dispositie
De disposities van beide orgels zijn
oorspronkelijk identiek geweest, behalve dat in Middembeester de Prestant 8vt in bas en discant is verdeeld. In Middenbeemster is de trekker voor het ventiel
verdwenen, daar resteert een gat in de orgelkas. In Hiaure is deze trekker nog
wel aanwezig, maar het ventiel functioneert niet meer. In Middenbeemster zijn diverse dispositiewijzigingen gedaan in de loop van de tijd.
Manuaal:
Prestant 8vt
Holpijp 8vt
Octaaf 4vt
Roerfluit 4vt
Quint 3vt
Octaaf 2vt
Mixtuur
Cornet disc
Pedaal
Aangehangen
Ventiel
Manuaalomvang: C-f3
Pedaalomvang: C-d1